Alles is voor niets geweest (over luchtkastelen en de Homo Klagiens)

Weet je nog dat je vroeger zandkastelen bouwde? Ik maakte ze aan zee. Dan kwam er een golf en hup… halve kasteel weg. Of helemaal! Dan rende ik het water in en begon het volgende spel. Ook jij dook er vol in, weet je het nog? Later leerden we luchtkastelen bouwen. En dat we over onze toeren moeten raken als het water komt. ‘Ze hebben MIJN project stopgezet! Alles is voor niets geweest!’. Oké, het is stopgezet. ‘Ik heb er g%dv%&*%^^$ jaren werk in zitten!’ Vond je het leuk om mee bezig te zijn? ‘Jazeker!’. Mooi toch! ‘Hoezo mooi!?’ Nou, om meerdere redenen…

Leven is eigenlijk helemaal niet zo ingewikkeld als de geest voorschotelt. Kijk, het was én een prettige bezigheid én het negatieve gevoel dat daarna ontstond, biedt een opening om te zien dat er een luchtkasteel is gebouwd. En daar kun je niet in wonen! Je deed even heel serieus alsof je verwachting de werkelijkheid zou weerspiegelen. Alleen… dat deed het niet. Nu is er pijn. Je viel uit een luchtkasteel en nu geef je ánderen de schuld van jouw pijn. Anderen, die niets met jouw luchtkasteel van doen hebben. ‘Maar het móet doorgaan!’. Dat is prima. Als je er energie in wilt stoppen om het tij te keren… doen! Wellicht lukt het. Verworden tot een Homo Klagiens is natuurlijk ook prima. En tegelijkertijd is er ruimte om te zien dat je overdag naar luchtkastelen kijkt en ’s nachts wakker ligt van de zee.

Je kijkt overdag naar luchtkastelen en ligt ’s nachts wakker van de zee.

Er is niets mis met de zee. Met water. Onrust speelt zich in jou af, eb en vloed weet je wel. De geest is van nature onrustig. Hoe stil ook, er komt altijd wel weer deining.1 Ze draait graag om de hete brij heen of vlucht weg in een redenering, een herinnering, of een verwachting. Met de summiere kennis van de wereld waarover een mens kan beschikken, creëert zij luchtkastelen als ware het de waarheid. Zij gelooft in dingen die niet bestaan en lijkt dan enige voeling met de werkelijkheid kwijt. En zelfs dát klopt niet helemaal. Kijk maar eens, naar beneden. Je voeten staan tussen de schelpen, in het zand. Het water spoelt erlangs. Heen. En weer terug. Zandkasteel weg... Nou en!? Ontspan, er is niets aan de hand. Niet echt. Duik het water in, eet een broodje, sta met je voeten in het water, ga lekker zitten, of geniet van de vogels in de lucht. (Ja het zijn soms k#tmeeuwen, maar zij hebben in ieder geval schijt aan wie er onder ze loopt; je manager misschien ook wel trouwens.)

Het trage lichaam staat verkrampt in het zand, terwijl de geest vooruitsnelt. Of achteruit. We kijken niet echt naar wat is. In plaats van dealen met de werkelijkheid, bezig zijn met wat nuttig is of gewoon iets doen waar we plezier uithalen, klagen we tegen een collega bij de koffiemachine. ’M’n zandkasteel is helemaal weggespoeld!'. Rustig maar. Hier heb je koffie. Kijk uit, het kan heet zijn.

Homo klagiens small

Laatst ontmoette ik een gitarist. Een tamelijk muzikale kerel, met een serieuze inslag. Hij had veel tijd gestopt in het instuderen van een nummer. Hij kon het perfect spelen. Het klonk ook prachtig, alleen… de band ging het nummer niet in het repertoire opnemen. ‘En dan gaan we dat nummer ineens niet doen, heb ik uren werk in zitten. Dat vind ik echt jammer.’ Jammer? Je ligt er wakker van. ‘Ehh, ja, dat ook.’ Nogal een understatement dus. Bovendien laat je voor het gemak even je eigen rol weg in dit geheel. Jij speelt toch ook in die band? ‘Ja, maar ik had toch wel gedacht dat we… ’ Ja, je had ideeën. Over anderen, over jezelf, over eerlijkheid, over thema’s als schuld en verantwoordelijkheid. Dat gaat vanzelf. En? Klopten ze met de werkelijkheid? (stilte). Waar speelt het probleem zich eigenlijk af? In wat jij de buitenwereld noemt? In jou? (stilte). Had je er plezier in om het nummer uit te zoeken en in te studeren? ‘Jazeker!Maar...

Hij was een zandkasteel aan het bouwen, snap je. En z’n aandacht ging uit naar een luchtkasteel. En toen kwam de zee… Hij wil niet dat het zich hier voor zijn voeten afspeelt. Hij wil het leven niet. Niet zoals het komt. Niet helemaal. Niet volledig. Het lichaam verstart, zet zich schrap voor het idee dat het wordt heen en weer geslingerd door het leven. Niet ziende dat wat zij 'het leven' noemt, niet 'een ding' is en zich ook niet búiten haar afspeelt. Ze staat er nooit (lees: nooit!) los van. Ik en leven zijn in die zin niet twee. Mensen willen misschien wel eb en vloed ('oh dat is zo mooi, de natuur')... maar owee als het MIJN zandkasteel overhoop spoelt. Hoezo JOUW zandkasteel trouwens. Het was gewoon zand, dat bleef het en dat was niet VAN jou toch? Je hebt er van kunnen genieten en, tja, dat 'overhoop spoelen' hoort er ook bij. Cool toch? Kun je meteen zien dat er niets is dat blijvend is. In die zin is altijd alles voor niets geweest zou je kunnen zeggen.... Oh, dat zei ik ook :)

Liep iets anders dan verwacht? Mooie kans te zien dat je luchtkasteel de werkelijkheid niet weerspiegelt.

Alles is voor niets geweest. Ik hoor het een man speechen bij een uitvaart van ‘hun muzikaal leider’. ‘Wat hebben we een plezier gehad met repeteren, we mochten zelfs elke week allemaal apart bij jou thuis oefenen. Bij jou aan de vleugel. Niets was te gek, jij was er altijd voor ons en haalde het beste in ons naar boven. Het was zo mooi, maar van een uitvoering kwam het niet. Door Corona. En nu… nu ben je dood. Alles is voor niets geweest.’ En het zingen aan de vleugel... hoe was dat? ‘Prachtig!’ En toen kwam de zee. Zandkasteel weg.

Of neem de vrouw die laatst de spreekkamer binnenliep: ‘Mijn manager is toch gewoon veeleisend? Vanmorgen kwam ze weer met een hele golf van kritiek, over wat ik allemaal anders moet doen. Ik vind haar soms ook gewoon onbeschoft.’ Tja, wellicht heeft zij ook nog wat uit te zoeken, dat is niet jouw zaak. Of dacht je dat je haar kon veranderen? Vind je dat zij moet veranderen? ‘Ja! Je verwoordt het precies goed.’ Dank, maar jij eist dus van haar dat zij anders is, anders doet, zich anders voelt en anders denkt? ‘Ehh……’ Jij begon over 'eisen stellen' en dat dat niet zou mogen. Als je goed kijkt, zie je dat het ‘in jou’ net zo golft als ‘in haar’. Dat is gewoon de zee. Niets mis mee.

Ach ja, zonder stil en puur te kijken kunnen het recepten blijven voor frustratie, negatieve gevoelens, burn-out klachten. Of brengen ze je op z’n minst van je stuk. We voelen dat ‘dit hier’ het niet kán en niet mág zijn. We zijn in gevecht met de werkelijkheid. En zodra we zien dat de wereld niet verandert, niet aan onze ideeën voldoet, snellen we ons naar cursussen om van onrust af te komen. Of we zoeken medestand. Praten met gelijkgestemden om... ons gelijk te halen.. 'Vind jij ook niet dat..?' (...) 'Ja, het is ook echt niet eerlijk inderdaad.' Met het idee dat iedereen toch het recht heeft op het afmaken van een zandkasteel! En dat de zee niet zou mogen komen. En daar lopen we dan… de Homo Klagiens… met een koptelefoon op, luisterend naar een podcast ‘omgaan met tegenslagen’ of ‘leren leven in het hier en nu’… op zoek naar verbinding en rust. Steeds terugkerend naar de spreekkamer of een cursus. Nou, ik ga naar zee, een zandkasteel bouwen. Of een meeuw pesten. Ik kijk wel even wat goed voelt. :) Waarschijnlijk het eerste, maar ja, ik ken inmiddels ook wel de kwaliteit van 'mijn' vooruitdenksels. Van luchtkastelen. Die hebben niets te maken met zandkastelen van doen.

PING..! I rest my case.
En die van jou.
(en ook die van de meeuw, zo bleek later; ik ben niet eens naar zee gegaan!).
x

---
1. Je zou het natuurlijk ook om kunnen draaien: de geest is van nature rustig. Hoe onrustig het ook lijkt, er komt op een moment altijd weer stilte. Eb en vloed weet je wel. :) En wind en windstilte. Rust en onrust zijn niet los van elkaar bestaande zaken. Het is niet twee.

Meld je aan voor Brain Waves

Wil je op de hoogte blijven van nieuwe Brain Waves?

Contact

Domineeslaan 91
3000 AB  Zwanenburg
Nederland

06-51763909
post@roelboon.nl